Op zich is Maanziek het met de demonstrerende studenten helemaal eens. Weg met die camera’s in de collegezalen, want wat doen die daar?
“Tellen”, zegt de universiteit en niet meer dan tellen. “Wat is daar mee mis?”
Weinig denken de universiteit, de geraadpleegde onafhankelijk wetenschapper Schuilenburg, en ook de studenten. Alleen ziet de eerste voor het tellen een slimme camera het meest geschikt en vinden de laatsten een medewerker van vlees en bloed het meest gepast.
De wetenschapper Marc Schuilenburg ziet het grote gevaar in de verschuiving in de toepassing van slimme apparatuur. Vandaag tellen we koppen, maar morgen iets heel anders. Surveillance apparatuur wordt jaren later nooit gebruikt met de intenties waarmee het is ingevoerd. Dat standpunt deelt Maanziek, maar dat ligt niet aan de slimme domme camera’s.
Dat ligt aan de verzamelde data en de waarde van veredelde data.
Een van de gevaarlijkste eufemismes en grootste misverstanden van deze tijd: een slim apparaat is niet slim, maar juist super dom.
Dat vraagt misschien om uitleg, maar hier bij Maanziek schreven we al een klein decennium eerder dat een smartphone in wezen een dumbphone is. Het apparaat kan zelf helemaal niks. De hersens zitten in het datacenter, bij de bedrijven die de data bewerken.
Het enige wat die apparaten slim (zou) maken is dat ze met internet verbonden zijn.
Hoe dom kunnen we zijn?
Goed voor de cloud en slecht voor de gebruiker. Daarmee zijn de smartphone-bezitters de slaven van deze tijd, ze zijn pionnen in het grote spel van de cloud, ze maken geld voor de techbedrijven, de slavendrijvers van deze tijd, en worden daar niet voor betaald.
Een domme camera geeft alles wat ie ziet door aan de cloud en die cloud slaat alles op voor eeuwig en kan die opgeslagen date met technieken van vandaag en morgen veredelen tot iets zeer waardevols. Hoe meer data hoe beter.
Een slimme camera doet het zelf. Maakt een foto, telt de hoofden, gooit de foto weg en geeft het aantal door. En dat aantal willen we weten in tijden van corona, daarom hangen die camera’s in de collegezaal.
Een slimme camera kan zo je programmeren dat ie geen onderscheid maakt tussen man en vrouw, of tussen man, vrouw en hen, zhij of hullie. Of tussen een witte, zwarte, gele, rode of bruine man. Die code maak je openbaar, dus mensen, studenten en wappies en alle anderen met een alu-hoedje, kunnen dat zelf controleren, en als er een foutje in zit, doordat iemand met een paars gezichtsmasker niet geteld word, dan kan je aangeven dat het niet goed werkt (en hoe het wel moet).
Die hele verwerking op een slim apparaat laten plaatsvinden is veilig, anoniem, transparant, kortom dat is nu maatschappelijk verantwoord met data, technologie en privacy omgaan. Iedereen kan zien wat er gebeurt, en er wordt zo min mogelijk opgeslagen.
Waarom is dat veiliger dan een medewerker van vlees en bloed? Het is goedkoper, anoniemer, en veiliger omdat een slim apparaat iets kan wat een mens niet kan: Vergeten!
Als de transparante code simpel koppen telt en dan de rest van het beeldmateriaal weggooit, dan valt er (achteraf) niet te herleiden of meer vrouwen dan mannen inzaten, of dat iemand naakt in de collegebanken heeft gezeten.
En met alle respect voor de oprechte en toegewijde mens, er zijn weinig medewerkers van vlees en bloed die dat laatste een slim apparaat nadoen.
Tuurlijk zullen die beelden van de universiteit nu gebruikt worden als door een aanwezige student met een bomgordel de collegezaal opgeblazen wordt. Dan worden alle camerabeelden bekeken die er maar zijn. En terecht zou Maanziek denken.
Die dreiging zal de slimme koppen-tellende camera niet registreren, want die telt koppen en geen bomgordels. De medewerker van vlees en bloed zal het wel waarnemen.
Maar betekent slim juist niet: doen wat je moet doen en geen centimeter meer. Als het technologie in de (semi) openbare ruimte betreft, denkt Maanziek van wel.
En een slimme camera in plaats van een domme camera, neemt ook het bezwaar van de hoogleraar weg. Er is geen data om later iets anders te doen. Natuurlijk kan je de camera herprogrammeren, maar dat is weer heel wat anders.
Slimme technologie kan met andere woorden niet anders ingezet worden dan waarvoor het ontworpen is. Dat is een veel betere definitie van slim dan de huidige: Ik ben verbonden met internet, ik word op afstand bediend, en jullie weten lekker niet wat ik doe.
Dat is slim van de commercie om dat slim te noemen, maar oliedom van de maatschappij om dat te accepteren.
Zelf tot een conclusie komen en die rapporteren is slim! Data van je sensors doorseinen is tamelijk dom, en ook verwerpelijk. Daar komt geen intelligentie aan te pas. Het is verklikken.
Uit archeologisch standpunt is het natuurlijk zeer interessant om zo veel mogelijk data zo onbewerkt mogelijk op te slaan, want natuurlijk begrijpen we met de data van nu en de kennis van morgen vandaag het best als het nu morgen gister is geworden.
Ook om commerciële en surveillance redenen is opslaan waardevol. Zie de terechte angst van de hoogleraar.
De terechte zorgen van nu gaan wat Maanziek betreft boven het belang van de archeoloog van morgen. Maak de apparaten daarom echt slim! Verzamel geen data, maar analyseer data ter plekke, en gooi de input weg. Of geef die data (mondjesmaat) aan de wetenschap voor onderzoek.
Voor de kennis van morgen offeren we het heden toch niet op?
Wat Maanziek het pijnlijkst treft is de wat terloopse mededeling van de studentenvoorman Joris Wiebes:
“Ik kan moeilijk invloed uitoefenen op het beleid van Apple of Facebook, maar wel op dat van mijn universiteit,
Alsof het grote kwaad te groot is om aan te spreken? Alsof je dan maar het kleinste jongetje van de klas in elkaar slaat, omdat je de grote pestkop niet aankan.
En je begint toch werkelijk te twijfelen aan de verstandelijke vermogens van de studenten(voorman). Misschien geen Facebook gebruiken, of geen Apple apparatuur kopen? Zou dat niet effectief zijn?
Wij van WC-Eend Maanziek fulmineren al jaren tegen Facebook, Apple en Microsoft, en nee, we gebruiken de goederen en diensten van die bedrijven ook niet voor zover dat mogelijk is.
Dat zouden meer mensen moeten doen, zeker als ze beweren dat ze geen invloed kunnen uitoefenen op het beleid van Apple en Facebook.
En ook de tweede opmerking van Joris Wiebes is uitermate zorgelijk: ‘Voor een academisch klimaat is het belangrijk dat studenten zich veilig voelen op een universiteit. Met zulke camera’s werkt de universiteit dat tegen. Het gevoel weegt even zwaar als wat er werkelijk gebeurt.’
Nee, nee en driewerf nee.
Tuurlijk moeten studenten zich veilig voelen. Maar wat er werkelijk gebeurt moet toch zwaarder wegen dan het gevoel. Om de simpele reden dat het gevoel geëxploiteerd en uitvergroot wordt op sociale media en wat er werkelijk gebeurt juist verdoezeld wordt.
Het terrein van de wetenschapper strekt zich uit over wat er gebeurt, en wat dat betekent. Dat kan die onderzoeken. Een wetenschapper (in spe) laat zich toch door feiten overhalen en niet door gevoelens. Als je kan aantonen dat de camera niks anders doet dan koppen tellen, waarom zou je dan bang zijn dat ie wat anders doet.
Hoe het voelt, is helaas voornamelijk afhankelijk van de sociale media en het verderfelijk werk van de influencer. Leugens verkopen nu eenmaal makkelijker dan de waarheid.
Het het gedrag van de studentenvoorman ons ook weer denken aan die demonstrerende student van Extinction Rebellion die toch echt zegt dat hij er niet voor zijn plezier zit, dan zou hij wel Netflix kijken.
Demonstreren voor de bühne. Voor de likes, en de aantallen op de sociale media. Kwantiteit boven kwaliteit.
Wie slim en dom verwart, en de universiteit aanspreekt maar de grote problemen in de wereld links laat liggen, omdat die te groot zouden zijn, wat hebben we daar eigenlijk van te verwachten in de toekomst?
Die studenten protesteren dan toch ook voor de bühne, ze kiezen een klein jochie uit om mee te vechten, de grote sterke pestkoppen gaan ze uit de weg, te groot en te sterk.
Lafbekken! Denken we dan op de Maan, en dat schrijven we hier in de context van dit alles pardoes op.
En nogmaals we zijn het met die studenten eens: Weg met die domme camera’s uit de collegezalen!
Vervang ze door slimme exemplaren, voegen we er van de Maan aan toe.
En hopelijk richten die studenten zich dan niet alleen tegen het wolkje van de universiteit, maar tegen die hele grote donkere wolk aan de hemel van het internet.
Weg met die gesloten cloud van Facebook, Google, Apple en Microsoft. Of open die cloud voor iedereen.
Laat zien wat je doet met onze gegevens. Publiceer die algoritmes. Wees eerlijk, open en transparant over je code op onze apparaten. Laat zien wat je doet op onze telefoon, op onze apparaten in onze broekzak, en met de data die je ons ontfutselt hebt.
Waarom zou je invloed op het beleid van de foute bedrijven/bedrijven die de fout ingaan willen uitoefenen?
Distantieer je, en wees er geen klant!
En protesteer tegen bedrijven en overheden die je daartoe overhalen. Sleep ze voor de rechter als het niet anders kan.