In het verleden hebben we hier al enige malen geschreven over de problemen van cookies, cookies or similar tracking technologies
(hereinafter referred to as “cookies”), en die problemen zijn natuurlijk de wereld nog niet uit.
Iedere boer kan aan zijn verstandskies voelen dat het volgen van mensen een inbreuk is op de privacy, en daarnaast erg onfatsoenlijk en onbeleefd is.
Waarom is het eigenlijk geen schending van de mensenrechten, je zou toch vrij moeten kunnen bewegen, en vrij betekent toch ook: niet gevolgd of afgeluisterd.
Stel ik kom bij jou op bezoek en subiet ga je alles maar opzoeken wat je maar kan vinden over mij, je legt een dossier aan en je geeft de opdracht mij te volgens en in het dossier bij te houden wat ik allemaal doe en zeg, en waar ik ben en wie ik zie.
Je kan je eigen geweten wat verzachten doordat je de boel uit besteedt, je krijgt zelf alleen maar wat veredelde statistieken te zien: als er geen naam bijstaat is het toch niet erg, een beetje als de concentratiekampbewaker die van de blauwe lucht of de bossen in de verte geniet, en mijmert: ik heb ze hier toch niet opgesloten.
De meeste mensen zullen bedankje voor zo’n bezoekje met die voorwaarden. Toch is dat exact wat er op internet gebeurd, en we lijken het doodnormaal te vinden.
Mede daarom is er door de overheid een cookie-telecomwet in het leven geroepen, je mag wel iemand op bezoek uitnodigen, maar dan moet diegene expliciet vooraf toestemming geven, alvorens je een dossier over hem of haar mag opbouwen.
Wederom zou elke boer zeggen: groot gelijk, als er iemand op mijn erf komt jaag ik hem weg zwaaiend met mijn hooivork, maar achter hem aanrennen doe ik niet, en hem volgen en een dossier aanleggen al helemaal niet.
Wachten op toestemming voor het plaatsen van tracking technologies doet bijna niemand, bijna iedereen vindt de cookiewet een onding, zo’n verplicht vervelend tussenscherm. Dat is het ook. Maar tracking technologies zijn toch de ondingen, zeker als je er even over na denkt.
Druist toch in tegen alle menselijke waardes, zo ongeveer?
Een vrij iemand volgen, in zijn doen of laten?
Waarom doen we het dan? Omdat het gratis lijkt, en op korte termijn voordelig lijkt. En de mensen voelen het niet, dat virtuele online gedoe met data gaat buiten onze zintuiglijke waarneming om.
Op lange termijn is het helemaal niet gratis. We worden langzaam als door een vampier leeggezogen.
Het advertentiemodel op internet is een slecht model: de producent krijgt een kruimel krijgt en de consument krijgt een kruimel en dat de advertentiecolporteur (tussenpersonen als Google/Facebook) gaan er met de buit vandoor, en dat de producent en de consument raken ook nog eens meer kwijt dan de grijpstuiver die ze krijgen.
De consument, de internetgebruiker krijgt informatie in ruil voor zijn privacy: hij moet alles wat ie doet laten vastleggen zo ongeveer.
De producent, die bestaat uit twee personen, degene die de advertentie betaalt (adverteerder), en degene waar de advertentie geplaatst wordt. De laatste krijgt wat geld, maar tegelijkertijd dient hij inzicht te geven in alle gebruiksgegevens, m.a.w. de advertentiecolporteur ziet precies wat er allemaal gebeurd. Deze kijkt vrolijk mee op de werkvloer, wie er allemaal op bezoek komt, en verkrijgt maar al te vaak licenties op al het geproduceerde werk (sociale media).
Niet alleen de consument/internetgebruiker raakt zijn privacy kwijt ook de advertentieplaatser dient inzage te geven in zijn bedrijfsprocessen en klantenbestand. Iets wat een ondernemer natuurlijk helemaal niet wil.
Dat zelfde geldt voor de adverteerder, die zal ook alle klantgegevens moeten delen met de advertentiecolporteur, en kan ze vervolgens veredeld terugkopen.
De advertentiecolporteur heeft meer pijlen op zijn boog. Het is de grootste leverancier van trackingsoftware (analytics/widgets) of het is de grootste zoekmachine, waarop iedereen dagelijks zijn vragen en behoeftes typt, of biedt de tijdlijn waar een ieder zijn hart uitstort, en zijn kennissenkring openbaart.
De advertentiecolporteur zou derhalve best een overzichtje aan elke advertentieplaatser kunnen leveren wie er verkouden is of wie met wie naar bed gegaan is afgelopen nacht (telefoons die naaste elkaar liggen op het nachtkastje, echt ga je vreemd, haal de batterij uit je telefoon), maar dat doet de colporteur niet. De colporteur zegt natuurlijk daar niks over, maar als er een aardbeving is dan is de colporteur als eerste erbij om aan te geven wie er bij die aardbeving in de buurt is.
Wederom worden details over wie met wie geslapen heeft voorafgaand aan de aardbeving niet geopenbaard, (en of dat de oorzaak zou kunnen zijn wordt ook in het midden gelaten) maar dat betekent niet dat de details niet bekend zijn.
In dat verband een sprongetje naar het recht om vergeten te worden. Dat zogenaamde “recht” heeft ook weer zo’n nare eufemistische naam gekregen, je wordt helemaal niet vergeten: je wordt niet getoond bij de publieke zoekresultaten in Europa.
Een beetje onderzoeker zal heus wel even met een VPN googelen.
Velen vinden de grote marktpositie van Google/Facebook zorgelijk. Je kan dan overstappen naar een andere tussenpersoon, maar de kern van het probleem is toch: het volgen/tracken van individuen, of dat nu online gebeurt of op straat, en het vergaren en exploiteren van die data.
Vind je het gek dat Google goed e-books, films of andere dingen kan verkopen. Ze weten alles van die andere winkels, de producenten en de consument.
Het volgen van individuen is onfatsoenlijk, onbeleefd, en in economisch opzicht is het een vreselijk scheef businessmodel. De tussenpersoon harkt de opbrengsten binnen: het geld, de kennis over de gebruikersgegevens, en inzichten in de bedrijfsprocessen, terwijl de andere partijen het werk doen.
De ongelijkheid in de wereld neemt ras toe, als dat maar goed gaat.